Jan Wolkers - Serpentina's petticoat (het Tillenbeest)
Een bespreking van het boek a.h.v. Tanja Jansens techniek door Annelies Van Den Borre, Daphne Verlinden en Julie Symons.

- Waarom bezoekt het hoofdpersonage zijn ouderlijke woning maar zelden?
- Symboliseert het portret de realiteit?
- Hoe oud is zij/hij?
- Waarom doet de moeder altijd open?
- Wat hebben zijn/haar overleden grootouders met het bezoek aan de ouderlijke woning te maken?
- Wat voor persoon is de grootvader?

- Wat symboliseert het verouderde meubilair?
- Waarom is het hoofdpersonage bang van het tillenbeest?
- Gaat het briefje over het hoofdpersonage?
- Waarom neemt het hoofdpersonage een sfinx (het tillenbeest) mee naar huis?
- Wat heeft ertoe geleid dat hij/zij zich een vreemde voelt in het ouderlijke huis?
- Heeft hij/zij ooit zijn/haar zus terug gezien?
- Hoe komt het dat de ouders na al die tijd niets veranderen aan hun interieur?
- Is het wel echt toeval dat zijn initialen op dat papiertje staan?
- Waar is zijn zus nu?
- Wat symboliseert het tillenbeest?
- Zijn dit flashbacks?
- Hoe komt die 'iemand' op de naam Tillenbeest?
- Waarom neemt hij net dat beeld mee?

- Waarom gooit hij het tillenbeest nu net in de berg stront?
- Mist hij zijn zus? Of veracht hij haar? Of beide?
- Heeft het hoofdpersonage een bepaalde afwijking of problematiek waardoor de moeder onrustig is?
- Over welke thema's schrijft Piet Paaltjens?
- Was het zien van het half verteerde gezicht van zijn/haar zuster een verbeelding?
- Wat moet ik me voorstellen bij een 'bleke, donkere jongen'?
- Wat symboliseren die tasjes? Waarom moeten ze altijd juist staan?
Wolkers, J. (2008). Serpentina’s petticoat. Amsterdam: Meulenhoff.
Julie's antwoord
Waarom neemt het hoofdpersonage een sfinx (het tillenbeest) mee naar huis?
Het tillenbeest! Mannen met mannen schandelijkheid bedrijvend. Als een steen geworden uitdaging aan Paulus ligt daar voor de statenbijbel een sfinx in rood marmer, zwart dooraderd. Het leeuwinnelichaam is kundig en met begrip voor anatomie gehouwen. Het griekse godinnegelaat heeft de starre uitdrukking die het een geheimzinnige zielloosheid verleent. Op de voorpoten rusten een paar volle borsten…
Net zoals het tillenbeest, is de zus het toonbeeld van een echte schande. In een orthodoxe joodse familie, gaat zij de Duitsers in hun wellustigheden voorzien.
Mijn zuster leed aan de wellustziekte. Ze leefde niet met één Duitser, maar met hele troepen tegelijk. Als zij een kazerne of kamp binnenkwam schopte ze haar broek uit, die weldra in de mast wapperde. Ze ging van hand tot hand, werd doorgegeven als een besmettelijke ziekte. Ik wist dat zij sinds korte tijd tot de accommodatie van het kasteel behoorde. Toen de Duitsers vertrokken ging ik erheen, omdat ik dacht dat men haar misschien achtergelaten had zoals men vaste wastafels en toiletten achterlaat. Thuis kwam zij niet meer. Mijn vader had haar de toegang tot de woning ontzegd.
Het hoofdpersonage mist zijn zuster, want hij besluit het kasteel te gaan bezoeken. Aangezien de Duitsers zijn zus meegenomen hebben, neemt hij het tillenbeest ter vervanging van haar mee. Zo wordt de leegte thuis opgevuld door een ‘evenwaardig’ beeld.
Annelies' antwoord
Heeft het hoofdpersonage een bepaalde afwijking of problematiek waardoor de moeder onrustig is?
Ik zie haar onrustige blik en draai het kopje, zodat de motieven erop boven die op het schoteltje komen te staan.
Zo eindigt het fragment uit Het tillenbeest van Jan Wolkers. In het begin van het fragment vertelt het hoofdpersonage dat hij de ouderlijke woning zelden bezoekt. Hierdoor is het goed mogelijk dat er altijd wel een grondige reden moet zijn van het bezoek door het hoofdpersonage. De bezoeken zijn steeds onaangekondigd, waardoor de moeder enerzijds verrast is en anderzijds het raden heeft naar de reden van zijn bezoek. Het is begrijpelijk dat dit haar onrustig maakt.
Ook ik zal doodgaan aan kanker.
Deze informatie zou een verklaring zijn voor de onrust van de moeder. Door de wetenschap dat haar zoon kanker heeft , is de onrust hoogstwaarschijnlijk permanent aanwezig en daardoor ook in dit fragment vermeld.
Wij zijn thuis orthodox. en … op een stormachtige herfstmiddag van het laatste oorlogsjaar…
Het feit dat ze Joods zijn en de Tweede Wereldoorlog meegemaakt hebben, kan ook een reden van aangeleerde onrust zijn.
Het meest interessante aan de onrust van de moeder is hoe het hoofdpersonage hierop reageert. Halverwege het fragment vertelt hij hoe hij als kind altijd de kopjes goed moest zetten telkens zijn grootvader thuiskwam.
De kinderen zorgden er dan voor dat de motieven op de kopjes precies stonden boven die op de schoteltjes.
Dit is exact dezelfde manier waarop hij op de zichtbare onrust van zijn moeder reageert.
Daphnes antwoord
‘Hij heeft de lichte ogen en het zorgelijk gefronste voorhoofd van een dwangneuroticus. Mijn moeder vertelde vroeger, dat als hij thuis kwam, mijn oma zei, ‘Gauw, de kopjes goed!’‘
Uit dit fragment blijkt dat de andere leden van het gezin steeds zorgden dat alles op orde stond, zoals hij dat gewoon was. Het hele gezin droeg de gevolgen van zijn gedaante. Je kan dus wel zeggen dat hij een dominant figuur was in het gezin. Hij is veel bepalend geweest voor het verloop van het leven van de moeder en de verteller. Uit het laatste stuk van het kortverhaal blijkt dat ook de moeder deze neurose heeft. Dit kan een reden zijn waarom hij zo weinig het ouderlijke huis bezoekt. Hij wil niet dezelfde weg op als zijn moeder. Hij wil het stramien doorbreken.
‘Boven het buffet verzet hun portret zich vergeefs tegen de inwerking van het zonlicht. Iedere keer als ik het terugzie is het valer geworden. Alleen de volle fin de sciècle snor van mijn grootvader blijft even donker, trekt de verhouding scheef tussen de tonen onderling.’
In dit stuk wordt nog eens duidelijk gemaakt wat een belangrijke rol de grootvader heeft gespeelt voor het verdere leven van het gezin. Er wordt bevestigd wat we hierboven al aanhaalden. Hij en zijn vrouw zijn dan wel overleden (valer wordende schilderij), maar hij heeft toch zijn afdruk duidelijk achter gelaten en die blijft (nog steeds even donkere snor). Misschien is het wel door die invloed op de moeder dat de verteller het ouderlijk huis zo weinig bezoekt (de donkere snor die de verhoudingen onderling scheef trekt).